Het valt niet te ontkennen dat de Vlaamse film de
laatste jaren aan een stevige opmars bezig is. Speelfilms van bij ons worden
door het Vlaamse publiek steeds meer gesmaakt. Door de crisis in de Amerikaanse
filmindustrie zijn we op zoek gegaan naar alternatieven. Als er meer Vlaamse
succesfilms zijn, is de stimulans groter om meer films te maken. “Vroeger
verschenen zo’n twee à drie Vlaamse producties per jaar”, weet filmkenner en
regisseur Jan Verheyen. “Tegenwoordig zijn dat er twaalf à vijftien, dat is dus
vijf keer meer dan wat we in de jaren ‘80 van de 20ste eeuw gewend
waren.”
Volgens Daniël Biltereyst, professor Film- en
Televisiestudies aan de universiteit van Gent, heeft die toename van producties
voor een verscheidenheid aan stijlen gezorgd. Er worden meer Amerikaans getinte
genres aangesneden, denk maar aan ‘Loft’ die tot het populaire thrillergenre
behoort. Daardoor vallen de Vlaamse producties ook vaker in de prijzen op
internationale filmfestivals en is er soms zelfs interesse in een remake. “Maar
we moeten dat natuurlijk allemaal niet overdrijven hé”, vult Bilteryst aan.
Imagebuilding
“Het succes van de Vlaamse film in eigen land is
absolute realiteit, maar op internationaal niveau is het eerder een verhaal van
perceptie en handige marketing”, stelt Verheyen. Die marketing wordt mede
uitgestippeld door Flanders Image, het internationale promotieluik van het
Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF), weet ook Bilteryst. “Ik was zelf een van de
eerste bestuurders van het VAF. Daar wordt natuurlijk een bepaald discours
ontwikkeld rond de Vlaamse film. Het is hun taak om films van bij ons te
promoten, ook naar het buitenland toe. Het VAF heeft dus zeker een aandeel in
de marktpositionering, de imagebuilding en de branding van de Vlaamse film.”
Al ziet het VAF zelf in dat de Vlaamse film op
internationaal vlak nog moet groeien. Dat blijkt uit een rapport waarin de
organisatie het exportpotentieel van de Vlaamse Audiovisuele sector evalueert:
“Het is waar dat veel van onze films in de smaak vallen op de filmfestivals. Maar
nadien bereiken die films een nog steeds vrij beperkt publiek van cinefielen.
Dat komt door een voorlopig ontoereikende distributie- en
promotie-ondersteuning vanuit het thuisland.”
Remake
Het nieuws dat ‘Hasta la vista’ en ‘Crimi Clowns: de
movie’ een buitenlandse remake krijgen, wordt door Verheyen met enig
scepticisme onthaald. “Van ongeveer elke nieuwe Vlaamse film wordt geroepen dat
de rechten verkocht zijn en dat er een remake komt. Dat is tegenwoordig een
deel geworden van de promotiecampagne rond een film. Ik moet dat allemaal nog
wel eens zien, of die remakes er ook echt zullen komen.”
Biltereyst verduidelijkt dat Hollywood constant op
zoek is naar goede scripts. Wanneer er in Hollywood creatieve armoede heerst,
schuimen producenten de internationale filmmarkt af op zoek naar
succesformules. Als ze in Frankrijk een goed verhaal vinden, nemen ze daar een
optie op. Indien de film interessant genoeg blijkt te zijn, kopen ze de rechten
om die film te herwerken, maar zelfs dan is het nog niet zeker of de film ook
echt een remake krijgt.
Daarnaast is het ook veel goedkoper om een script te
kopen dan er zelf een te laten schrijven, merkt Biltereyst op. Ook hij
relativeert het nieuws over de remakes van de Vlaamse films. “Als we horen dat
de rechten van een Vlaamse film verkocht zijn aan een buitenlandse producent,
is dat meteen groot nieuws. Het is natuurlijk een mooi verhaal voor in de
krant, maar we moeten toch vooral nuchter blijven.”
Loft
Erik Van Looy op de Amerikaanse set van 'The Loft'. |
Ondanks het feit dat we het internationale succes
van de Vlaamse film moeten relativeren, is Biltereyst ervan overtuigd dat in
Vlaanderen een gunstig filmklimaat heerst. “Dankzij het beleid van het VAF, de
invoering van de tax-shelter (een gunstige belastingmaatregel voor de
audiovisuele sector, nvdr.) en de professionalisering van de productiesector is
er een stevige bodem waarop de Vlaamse film verder kan groeien.”
Internationale
toekomst
Of die groei ook over de Vlaamse grenzen heen zal
plaatsvinden, is nog maar de vraag. Verheyen gelooft alvast niet in het
buitenlandverhaal. “Zitten wachten tot een Vlaamse film de wereld verovert,
daarvoor ben ik te realistisch ingesteld.”
Van Looy ziet wel een rol weggelegd voor de Vlaamse
filmindustrie in het buitenland. “We moeten nog een lange weg afleggen, maar er
is zeker meer internationale interesse in de Vlaamse filmsector dan vroeger.
Dominique Deruddere en ikzelf krijgen aanbiedingen uit het buitenland. Michaël
Roskam heeft net ‘Animal Rescue’ gedraaid in New York. Je voelt dat Vlaanderen
zich op de internationale filmkaart heeft gezet en ik kan alleen maar hopen dat
die trend nog een tijd mag blijven duren.”
© Stéphanie Crombé